De dagpauwoog (Aglais io) is een middelgrote vlinder uit de onderfamilie Nymphalinae van de familie Nymphalidae.
De dagpauwoog is een van de bontst gekleurde vlinders in Europa. De soort komt binnen Europa algemeen voor in de gematigde zones en ontbreekt in het uiterste noorden en zuiden. Ook in de gematigde gebieden van Azië komt de soort voor tot in Japan. Het grote verspreidingsgebied is onder meer te verklaren doordat de belangrijkste waardplant, de brandnetel, zoveel voorkomt. In België en Nederland is de dagpauwoog een algemene soort en is een van de bekendste dagvlinders.
De dagpauwoog is hier niet te verwarren met andere vlinders vanwege de grootte, de oranjerode vleugels en de karakteristieke oogvlek op de bovenzijde van iedere vleugel. De onderzijde is juist goed gecamoufleerd door donkerbruine kleuren en donkere strepen. Ook de rupsen zijn duidelijk te herkennen aan hun gitzwarte lichaam met lange, brede stekels. Zij zijn soms massaal te vinden op brandnetels, die geheel kaalgevreten kunnen worden.
De dagpauwoog is voornamelijk te zien in de zomer, het is een van de soorten die als volwassen vlinder overwintert en 's winters kan worden aangetroffen in huizen. In de lente ontwaken de dieren weer om te paren en de eieren af te zetten.
De dagpauwoog werd door Carl Linnaeus als Papilio io in Systema naturae van 1758 vermeld. De soort is later in andere geslachten geplaatst, zoals in Nymphalis als Nymphalis io en werd naderhand in het monotypische geslacht Inachis geplaatst, een naam die nog veel in de literatuur te vinden is. De geslachtsnaam Inachis is een verwijzing naar de riviergod Inachos uit de Griekse mythologie. Op basis van nieuwe inzichten werd de soort later in het geslacht Aglais geplaatst. De soortaanduiding io verwijst naar de dochter van Inachos, Io.
De dag(-)pauwoog dankt zijn Nederlandstalige naam aan de dagactieve levenswijze en de vlekken op de vleugels. Deze oogvlekken hebben iriserende blauwe en paarse kleuren en doen denken aan de oogvlek op een staartveer van een mannelijke pauw (Pavo cristatus). Oogvlekken op de vleugels komen overigens bij veel meer soorten vlinders voor, ook bij soorten uit andere families.
Een verouderde Nederlandse naam is pauwoogvlinder. Ook in andere talen verwijst de naam van de vlinder naar de op de pauwenogen lijkende vlekken. Voorbeelden zijn het Engelse peacock butterfly, het Duitse Tagpfauenauge, het Franse paon du jour en het Noorse dagpåfugløye.
Aglais io I by Jacques Willems, on Flickr
Aglais io II by Jacques Willems, on Flickr
Aglais io III by Jacques Willems, on Flickr
Dank u voor het kijken en/of beoordelen.
De dagpauwoog is een van de bontst gekleurde vlinders in Europa. De soort komt binnen Europa algemeen voor in de gematigde zones en ontbreekt in het uiterste noorden en zuiden. Ook in de gematigde gebieden van Azië komt de soort voor tot in Japan. Het grote verspreidingsgebied is onder meer te verklaren doordat de belangrijkste waardplant, de brandnetel, zoveel voorkomt. In België en Nederland is de dagpauwoog een algemene soort en is een van de bekendste dagvlinders.
De dagpauwoog is hier niet te verwarren met andere vlinders vanwege de grootte, de oranjerode vleugels en de karakteristieke oogvlek op de bovenzijde van iedere vleugel. De onderzijde is juist goed gecamoufleerd door donkerbruine kleuren en donkere strepen. Ook de rupsen zijn duidelijk te herkennen aan hun gitzwarte lichaam met lange, brede stekels. Zij zijn soms massaal te vinden op brandnetels, die geheel kaalgevreten kunnen worden.
De dagpauwoog is voornamelijk te zien in de zomer, het is een van de soorten die als volwassen vlinder overwintert en 's winters kan worden aangetroffen in huizen. In de lente ontwaken de dieren weer om te paren en de eieren af te zetten.
De dagpauwoog werd door Carl Linnaeus als Papilio io in Systema naturae van 1758 vermeld. De soort is later in andere geslachten geplaatst, zoals in Nymphalis als Nymphalis io en werd naderhand in het monotypische geslacht Inachis geplaatst, een naam die nog veel in de literatuur te vinden is. De geslachtsnaam Inachis is een verwijzing naar de riviergod Inachos uit de Griekse mythologie. Op basis van nieuwe inzichten werd de soort later in het geslacht Aglais geplaatst. De soortaanduiding io verwijst naar de dochter van Inachos, Io.
De dag(-)pauwoog dankt zijn Nederlandstalige naam aan de dagactieve levenswijze en de vlekken op de vleugels. Deze oogvlekken hebben iriserende blauwe en paarse kleuren en doen denken aan de oogvlek op een staartveer van een mannelijke pauw (Pavo cristatus). Oogvlekken op de vleugels komen overigens bij veel meer soorten vlinders voor, ook bij soorten uit andere families.
Een verouderde Nederlandse naam is pauwoogvlinder. Ook in andere talen verwijst de naam van de vlinder naar de op de pauwenogen lijkende vlekken. Voorbeelden zijn het Engelse peacock butterfly, het Duitse Tagpfauenauge, het Franse paon du jour en het Noorse dagpåfugløye.
Aglais io I by Jacques Willems, on Flickr
Aglais io II by Jacques Willems, on Flickr
Aglais io III by Jacques Willems, on Flickr
Dank u voor het kijken en/of beoordelen.
Comment